Wie zijn wij
Binnen Bureau Flore werken we met z’n tweeën. We stellen ons hier aan je voor.
Monique Jonkers
Waarom maakt mijn kind op school geen gelukkige indruk? Waardoor voelt het zich zo anders dan andere kinderen? Waarom maakt het zich onzichtbaar in de groep? Hoe komt het dat het helemaal ‘in zijn hoofd zit’ en als kleuter tijdens het spelen te bang is om te vallen? Hoe komt het dat mijn kind vaak teleurgesteld uit school komt? Waarom lukt het mijn kind niet om zijn huiswerk te organiseren, ondanks zijn intelligentie?
Toen ik mij als moeder van drie (hoog)begaafde kinderen het hoofd boog over dit soort vragen, was ik al geruime tijd werkzaam als leerkracht in het basisonderwijs. Uiteraard sprak ik regelmatig met de leerkrachten op de scholen waar ik werkzaam was over hoogbegaafdheid. Daarnaast was ik als bezorgde moeder vaak op de school van mijn kinderen om hun soms benarde situatie te bespreken. In beide soorten contacten (moeder en leerkracht) merkte ik dat ook school de antwoorden schuldig moest blijven op de knagende vragen over hoogbegaafdheid die ik mijzelf stelde. Hoe krijg ik mijn kind aan de praat? Wat is er nodig om tegemoet te komen aan zijn/haar uitdaging? Lees hier verder»
‘Als moeder van drie hoogbegaafde kinderen weet ik als geen ander hoe moeilijk het kan zijn om de juiste begeleiding te vinden’.
Nickey Smits
Van jongs af aan wist ik: ik wil juf worden. Niet alleen omdat het werken met kinderen me erg leuk leek, maar met name omdat ik het anders wilde doen dan veel leerkrachten die ik zelf had gehad. Tijdens mijn eigen basisschooltijd overheerste het gevoel van niet begrepen en gezien worden. De woensdag was het lichtpuntje in mijn week: dan mocht ik naar een externe plusklas. Het ontmoeten van ontwikkelingsgelijken en het begrepen worden door de leerkrachten heeft veel voor me betekend. Nu wil ik als orthopedagoog andere hoogbegaafde kinderen via diagnostiek en begeleiding hetzelfde steuntje in de rug bieden als ik destijds heb gekregen, omdat ik uit eigen ervaring weet dat dat het verschil kan maken.
Tijdens de middelbare school, toen ik mij ging oriënteren op mogelijke studies, ontstond de vraag op welke manier ik mijn doel ging bereiken: via de pabo of een universitaire bachelor. Ik koos voor een combinatie van beide en startte aan de academische pabo in Utrecht. Enerzijds omdat me het ontzettend leuk leek om voor de klas te gaan staan, maar anderzijds ook omdat ik vind dat ervaring voor de klas ervoor zorgt dat ik meer praktische adviezen kan geven aan andere leerkrachten. Ik rondde de academische pabo af met een pabo-diploma en mijn bachelor onderwijskunde. Daarna volgde ik de master orthopedagogiek waarin ik ook mijn diagnostiek-aantekening behaalde. Tijdens mijn studietijd merkte ik dat er weinig tot geen aandacht was voor hoogbegaafdheid en dat raakte me. Was er zó weinig veranderd in vergelijking met mijn eigen basisschooltijd? Lees hier verder»
‘Als orthopedagoog wil ik hoogbegaafde kinderen hetzelfde steuntje in de rug geven als ik destijds heb gekregen’.